Toegang tot de hoofdinhoud

Mag men bij onderverhuring een huurwaarborg vragen?

Bij onderverhuring is de huurder ten opzichte van de onderhuurder de verhuurder en hij kan wettelijk een huurwaarborg aan de onderhuurder vragen. In dit opzicht moet er een onderscheid worden gemaakt tussen seizoensgebonden onderverhuring (vakantie) en onderverhuring voor de hoofdverblijfplaats.
De huurwaarborg is een som geld die het risico dekt dat de huurder zijn verplichtingen uit het huurcontract niet naleeft en niet alleen de betaling van de huur en de huurlasten (huurschade, herstellingen, enz.…)

De huurwaarborg is geen wettelijke verplichting.

De huurwaarborg is niet verplicht volgens de wet. De wet verbiedt deze evenmin en omkadert zelfs de modaliteiten in bepaalde gevallen. De huurwaarborg wordt aan de andere kant vaak gevraagd door de eigenaars. Op dezelfde manier heeft de hoofdhuurder er alle belang bij om aan de onderhuurder te vragen om een huurwaarborg te geven tot dekking van zijn verplichtingen als onderhuurder.

Wat gebeurt er als een onderhuurder zijn verplichtingen niet nakomt?

De hoofdhuurder is als enige verantwoordelijk tegenover de verhuurder voor alle verplichtingen uit het huurcontract en de schade «die wordt toegebracht door de personen in zijn woning of door zijn onderhuurders» (art 1735 van het Burgerlijk Wetboek). In geval van huurschade is het dus de hoofdhuurder die zal instaan voor de huurherstellingen of die een deel van de huurwaarborg zal moeten afstaan. Het is aan hem om deze inhouding te verhalen op de huurwaarborg van de onderhuurder.

De huurwaarborg in het kader van een seizoensgebonden (onder)verhuring of vakantie

De huurwaarborg voor de seizoensgebonden verhuring is niet gereglementeerd, niet naar de vorm en niet wat betreft het bedrag. Als een huurder zijn appartement gedurende een vakantieweek onderverhuurt (na van de verhuurder de toestemming voor onderverhuring te hebben gekregen), dan zal hij contractueel de huurwaarborg overeenkomen met zijn onderhuurder. 
De huurwaarborg voor seizoensgebonden verhuring 
  • wordt gewoonlijk gestort aan de verhuurder als de huurder of vakantieganger zijn intrek neemt;
  • is gewoonlijk ten hoogste gelijk aan 20-25% van het bedrag van de huur voor de woning. 
Opgelet, 20% van een week huur kan onvoldoende blijken te zijn in verhouding tot de schade: de huurder zal dan de herstellingen te zijnen laste moeten nemen tenzij de zoekertjessite of site voor accommodatie onder particulieren een verzekering voor huurschade voorziet voor de verhuurder.

De huurwaarborg in het kader van een onderverhuring bestemd voor de hoofdverblijfplaats van de onderhuurder

Als de onderhuurder zijn hoofdverblijfplaats vestigt op de plaats, dan wordt het huurcontract van onderverhuring geregeld door de huurwet. Het artikel 10 omkadert de huurwaarborg voor een goed dat tot hoofverblijfplaats wordt bestemd enigszins strikter: 
  • deze is niet altijd verplicht;
  • naargelang de gekozen vorm van huurwaarborg kan deze worden beperkt in maanden huur.

Zie ook: Waarom stelt de huurder een huurwaarborg samen? 

vindt u deze pagina nuttig?

Gepubliceerd op 24/04/2015 (laatste bijwerking: vr 04 aug 2023 12:23:04 CEST)

Op zoek naar een huurcontract? Ik start nu!

LeBonBail stelt een assistent ter beschikking bij de opstelling van het huurcontract waarbij alle door de wet ter beschikking gestelde opties worden voorgesteld en toegelicht.

© 2024 LeBonBail
design by twinn